Sommige dingen zijn er altijd, zoals het eeuwige komen en gaan van eb en vloed. Door zijn invloed op de stroming en het waterpeil is deze hemelse cyclus tegenwoordig nog net zo belangrijk om te varen op zee als in het verleden. Recreatievaarders die geen rekening houden met het getij zullen letterlijk stranden. Leer de basis, want dan begrijp je de krachten waardoor de zee beweegt, en die kennis maakt het water een stuk minder verraderlijk. Dus lees onze inleiding over de getijden, zodat je niet (letterlijk) vastloopt.
De rol van zon en maan
Eb en vloed ontstaan grotendeels door de invloed van de zon en – vooral – de maan. Kort gezegd zorgt de zwaartekracht van deze twee hemellichamen ervoor dat water over het aardoppervlak heen beweegt. Hierdoor stijgt het waterpeil met regelmatige tussenpozen tot hoogtij, oftewel vloed, en daalt het weer tot laagtij, oftewel eb. Als gevolg daarvan ontstaat de getijstroom. Als je het water opgaat, is het belangrijk om te begrijpen hoe en wanneer eb en vloed het waterpeil en de getijstroom beïnvloeden. Aan de hand hiervan kun je plannen via welke route je gaat varen, waar je afmeert en hoe je moeilijke passages tot een goed einde brengt.

Getijvormen
Het is best ingewikkeld, maar je hoeft geen expert te zijn om rekening te houden met de getijden in je planning voor een veilige vaartocht. Wanneer het eb en vloed is en hoe sterk het getij is, varieert afhankelijk van de locatie, de weersomstandigheden en andere factoren. Dat betekent dat de invloed van de getijden op sommige plekken (zoals op de Noordzee) veel sterker is dan op andere (zoals op de Middellandse Zee). Maar over het algemeen kun je het getij en de effecten daarvan vrij nauwkeurig voorspellen. Wat het vaakst voorkomt, is twee keer per etmaal vloed en twee keer per etmaal eb, waarbij de getijden elkaar ongeveer om de zes uur afwisselen. Dit heet het dubbeldaags getij. Om het wat spannender te maken, voegt de aarde graag een paar variaties toe. Tijdens springtij (tweemaal per maanmaand) is het waterpeil bij vloed hoger en bij eb lager. Bij doodtij (zeven dagen na springtij) is er juist minder verschil tussen het waterpeil bij de twee getijden.

Getijstromen
Uiteraard moet je in je planning rekening houden met de getijhoogte, vooral als je in ondiep water gaat varen. Maar het is ook belangrijk om in gedachten te houden hoe het getij de stroming beïnvloedt, we noemen dit getijstroom. Water dat bij vloed binnenstroomt, heet vloedstroom en water dat bij eb uitstroomt, heet ebstroom. Op sommige plekken kunnen er door de getijden stromen ontstaan die zo sterk zijn dat ze de zeilen of de motor van je boot tegenwerken, waardoor je boot letterlijk achteruit wordt geduwd. Pas op voor de hoogste stroomsnelheden, die halverwege eb en vloed worden bereikt. De rustigste stroming treedt op rond eb en vloed, dit wordt kentering of stil water genoemd. Dit is de beste tijd om de moeilijkste passages of het binnenvaren van een haven te plannen.

Getijden controleren en berekenen
Tegenwoordig zijn er allerlei apparaten en apps waarmee je de getijden in je omgeving kunt volgen. In deze apps en op vele gratis websites vind je de allerbelangrijkste getijdentabellen die hoog- en laagwatertijden voorspellen, samen met de bijbehorende veranderingen in het waterpeil. Maar ook met deze informatie moet je zelf misschien nog een kleine berekening maken. Dat kan met de twaalfdenregel. Beginnend bij eb of vloed zal het getij naar verwachting elk uur als volgt stijgen of dalen:
- Eerste uur: het getij stijgt/daalt met een twaalfde van het totale bereik
- Tweede uur: het getij stijgt/daalt met twee twaalfde van het totale bereik
- Derde uur: Het getij stijgt/daalt met drie twaalfde van het totale bereik
- Vierde uur: Het getij daalt/stijgt met drie twaalfden van het totale bereik
- Vijfde uur: het getij daalt/stijgt met twee twaalfde van het totale bereik
- Zesde uur: het getij daalt/stijgt met een twaalfde van het totale bereik
Hoewel dit meestal betrouwbaar is, werkt het niet nauwkeurig genoeg op plekken met een ingewikkeld getij. Als beginner kun je er dus makkelijk de mist mee ingaan. Een goede training in het maken van berekeningen is dan ook onmisbaar, en bij twijfel kun je het altijd navragen bij een expert.

Klaar om het water op te gaan? Doe je onderzoek en vind de juiste boot voor jou, als je er nog geen hebt. Zorg er vervolgens voor dat je weet hoe je basisknopen legt en fris je vaaretiquette op voor een veilige vaart.
Bronvermelding afbeeldingen: Pok Rie via Pexels, Robin Spielmann via Unsplash, Musa Ortaç via Pexels,
Cmglee, CC BY-SA 4.0 via Wikimedia Commons.